Bodemverdichting is oplosbaar, maar preventie is belangrijker

Milieu en klimaat
VILT_water op akker

Verlaagde bandenspanning, timing van bewerkingen, specifieke teelten… er zijn verschillende maatregelen die het bodemverdichtingsproces kunnen terugdraaien. Welke het beste werken, toont onderzoeker Adriaan Vanderhasselt (ILVO en UGent) aan in zijn doctoraat. De effecten ongedaan maken is één ding. “Maar preventie blijft toch echt de betere optie. En ook daarvoor zijn er slimme recepten.”

Verdichting van de bodem treft in België zowat één derde van het akkerbouwareaal. In heel Europa wordt het fenomeen beschouwd als een ernstige bedreiging voor de landbouwproductie. De landbouwmachines werden afgelopen decennia zwaarder en blijven op de al verzwakte bodems rijden. Toch is er nog weinig bewustzijn rond bodemverdichting bij de boeren, en technieken voor voorkomen én genezen zijn nog te weinig gekend of onderzocht, zo blijkt uit het doctoraatsonderzoek van Adriaan Vanderhasselt (ILVO en UGent).

Oorzaken

De efficiëntiewinst bij landbouwmachines is in de loop van de tijd erg toegenomen, maar ze werden daarmee ook een stuk zwaarder en veroorzaken bijgevolg veel druk op de bodems. Zo is over een periode van 60 jaar (1960-2020) de gemiddelde wiellast van een tractor en een pikdorser toegenomen met respectievelijk 3 en 10,5 ton.

En tweede factor in het bodemcompactieverhaal is dat het Belgisch areaal late teelten zoals maïs en aardappelen meer dan de helft is toegenomen de laatste 60 jaar. In de oogstfase is er daarbij een grotere kans (dan in de zomerse oogstperiode) op slechte weercondities. De draagkracht van natgeregende bodems is minder groot. In de vollegronds groententeelt gaat het nog verder: daar zijn boeren contractueel verplicht om op vaste tijdstippen het veld op te gaan, ongeacht eventuele natte weersomstandigheden en/of bodemcondities.

(On)zichtbare symptomen

De gevolgen van bodemverdichting zijn vaak alleen op te merken in de bodem zelf, en dus uit het zicht. ‘Uit het zicht’ betekent in dit geval specifiek: buiten het bereik van de ploegscharen. “Op een diepte van 30 à 50 centimeter vormt zich een verharde laag, een ploegzool, waar de bewerkte bodem overgaat in de ondergrond. Die harde laag laat nog maar moeilijk water, nutriënten, en wortels door”, zegt Adriaan Vanderhasselt. De negatieve gevolgen tonen zich in natte periodes, want dan kan het water niet goed infiltreren, wat voor erosie of staand water zorgt. Maar even goed in droge periodes, want de wortels van de plant geraken dan niet tot bij dieperliggend water en nutriënten.

Landbouwers en onderzoekers zijn het erover eens dat een verdichte bodem een nefast effect heeft op kwaliteit, in eerste instantie van de bodem zelf maar als gevolg ook van de gewassen die erop moeten groeien. Verdichte bodems zorgen voor lange periodes met staand water, ernstiger droogtestress, aanzienlijker gewasbederf, en vaak een verhoogde uitspoeling van stikstof…  

Oplossingen

“We hebben verschillende maatregelen uitgetest in veldproeven in Landen, Huldenberg, Gavere en Melle, zowel in functie van preventie als remediëring. Op de velden werden hoofdzakelijk suikerbieten, aardappelen en maïs geteeld, dus teelten die klassiek samengaan met kans op bodemverdichting.” De geteste maatregelen gingen van het verlagen van de bandenspanning, het verminderen van het aantal passages, lagere wiellasten, het vermijden van bewerkingen onder natte bodemcondities, tot diepwoelen en inzaaien van diep wortelende gewassen. Wat waren de resultaten?

Lees verder op www.vilt.be

Bron en copyright foto's: VILT, 8 maart 2023

Delen: