De nieuwe Vlaamse LEADER-gebieden zijn gekend – een blik vanuit de praktijk

LEADER en samenwerking
Mensen samen in een zaal, kijkend naar de fotograaf

Copyright: Veerle Van Keyenberg

LEADER-gebied Hageland+ in cijfers

  • 6 steden en 14 gemeenten
  • 100 dorpen
  • 72,33% open ruimte
  • 274.390 inwoners (2021)
  • 841,53 km² oppervlakte
  • 326,06 inwoners/km²
  • Lokale Actiegroep telt 48 personen
  • 3.275.000 euro ter beschikking voor projecten 
Appel met koptelefoon, met bomen op achtergrond

Waar zijn alle hoogstamboomgaarden met oude rassen naartoe en hoe halen we ze terug? Is duurzame fruitteelt mogelijk? Landbouw en natuur, gaat dat samen? En zit er vandaag opnieuw toekomst in samen landbouwgrond beheren? In vier afleveringen trekt journalist Liesbeth Gijsel het Hageland in op zoek naar antwoorden over duurzame fruitteelt. 

Op 20 oktober 2023 erkende de Vlaamse Regering 15 LEADER-gebieden voor de periode 2023-2027. LEADER is één van de maatregelen binnen het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB). De gebieden kunnen rekenen op middelen vanuit Europa, Vlaanderen en de provincies. LEADER is één van de maatregelen binnen het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB). Hiermee kunnen ze acties rond plattelandsontwikkeling uitvoeren. Vlaanderen schuift drie beleidsthema’s naar voor waarrond de Lokale Actiegroepen (LAG’s)  moeten werken. De keuze voor de thema’s gebeurde op basis van de lokale noden en de drie P’s van duurzame ontwikkeling (people, planet en profit):

  • Met ‘levendige en leefbare dorpen’ draagt LEADER bij tot de versterking van het maatschappelijk weefsel.
  • Via ‘biodiversiteit en landschapskwaliteit’ werken de LEADER-gebieden o.a. aan uitdagingen rond klimaatverandering, natuur en milieu en dergelijke meer.
  • Met het thema ‘duurzame landbouwproductie en -afzet en valorisatie van biomassaresten’ kiest Vlaanderen voor een gezonde plattelandseconomie.

Intussen organiseerden de Vlaamse LEADER-gebieden kick-offs voor de leden van hun Lokale Actiegroepen (LAG’s) om de start van LEADER in te luiden, samen met de lancering van de eerste projectoproepen. Voor het Hageland vond dit plaats op 27 november in Rotselaar.

Op de koffie bij een man met ervaring

Pierre-Bernard Van Acker is LAG-coördinator van het LEADER-gebied Hageland+ en draait al even mee in het LEADER-landschap. Hij vertelt hoe alles in zijn werk zal gaan. “Ik ben in 2008 gestart als coördinator van LEADER-gebied Hageland+, dat toen al een jaartje bestond (sinds de start van PDPO II, dat liep van 2007 tot 2013; n.v.d.r.). Daarvoor was ik directeur van het startcentrum sociale economie in de regio Hageland. Er was dus al heel wat affiniteit met de regio. Wist je dat vóór LEADER, de toeristische regio ‘Hageland’ zelfs niet bestond? De regio is pas sinds de eerste LEADER-periode toeristisch afgebakend.” Dat is trouwens niet het enige weetje: sinds de start van LEADER in 1991 was Hageland zelfs het enige LEADER-gebied in Vlaanderen. Pierre-Bernard: “De toenmalige coördinator, Sus Bergmans, is nu trouwens nog steeds lid van onze Lokale Actiegroep.”

Was het vroeger allemaal beter?

Door de jarenlange ervaring, is Pierre-Bernard de geknipte persoon om te vertellen hoe hij het LEADER-landschap zag veranderen: “Omdat ik al een 15-tal jaar coördinator ben, ken ik intussen de regio en lokale organisaties vrij goed. Dat komt uiteraard  goed van pas bij  de voorbereidingen in kader van onze Lokale Ontwikkelingsstrategie (LOS). Daarin pennen we de krijtlijnen en onze ambities neer voor de komende jaren. Zo organiseerden we zes ‘meedenksessies’ over gans het Hageland, om te luisteren naar de lokale inwoners en zo hun verwachtingen en visie op hun gemeente te kennen. Het is op zo’n activiteiten dat je het buikgevoel meekrijgt van de regio. Daarna is het de kunst om die te kunnen onderbouwen en aan te vullen met wetenschappelijke inzichten en kennis. Uiteraard kan een SWOT-en omgevingsanalyse niet ontbreken tijdens de voorbereidingen van onze LOS. Samen met onze LAG-leden hebben we die analyses en onze strategische doelstellingen scherp gesteld, uiteraard allemaal binnen de context van de vooropgestelde thema’s door Vlaanderen.”

In tegenstelling tot de vorige programmaperiode (2014 – 2022), waar een LAG drie thema’s kon kiezen uit een lijst van vijftien, zijn er nu dus drie verplichte thema’s naar voor geschoven door Vlaanderen. Alle Vlaamse LEADER-gebieden moeten werken rond diezelfde drie thema’s. Pierre-Bernard: “In deze programmaperiode is het niet een bottom-up, maar duidelijk een top-down beleid op het vlak van de thema’s, al zit er logica in de keuzes van de thema’s als je de maatschappelijke uitdagingen ziet waar we voor staan. We zien dus een sterke evolutie in het LEADER-verhaal. Zo lag de focus in het verleden vaak op de ontwikkeling van achtergestelde regio’s, terwijl we nu naar een programma gaan dat ’duurzame ontwikkeling van het platteland’ ondersteunt en stimuleert. Het is een tendens die past in de huidige tijdsgeest. Deze accentverschuiving enthousiasmeert en zet geëngageerde inwoners aan om bij te dragen tot deze ontwikkeling. Vanuit die insteek bereiken we nu ook meer doelgroepen en zal het ook makkelijker worden om bv. internationale projectpartners te zoeken.”

Tendensen in het Hageland

Tijdens het voorbereidend proces en onder andere de terreincontroles, kan een LAG lokale tendensen opmerken. “Tijdens de covid-pandemie merkten we dat er heel veel vereenzaming was onder senioren. We pikten echter op dat ook heel veel jongeren last hadden van eenzaamheid. In onze nieuwe LOS hebben we dan ook specifiek aandacht besteed aan vereenzaming van de jeugd. In het Hageland is de grijze druk hoger dan gemiddeld in Vlaanderen. Maar liefst 40% van de mensen, die ouder zijn dan 20 jaar, zijn met pensioen (65+). Zo hoorden we tijdens de meedenksessies ook dat het steeds moeilijker wordt om vrijwilligers te vinden. Vergrijzing zien we met de LAG echter als een kans en we stellen een evolutie vast in het vrijwilligerswerk. Mensen engageren zich nog steeds, maar op een andere manier. Gepensioneerden kunnen bijvoorbeeld ingezet worden om de Hagelandse jeugd bij te staan en te ondersteunen. Denk daarbij aan hulp van grootouders bij evenementen van jeugdbewegingen om hun (achter)kleinkind te steunen. Ook mantelzorg behoort tot de vele opties van noodzakelijk vrijwilligerswerk, of burgerzin zoals je het ook zou kunnen noemen.”

Verder streven naar kwaliteit

In de vorige programmaperiode keurde de LAG Hageland+ maar liefst 105 projecten goed. Je vindt ze allemaal terug op de website www.hagelandplus.be. Ook in de nieuwe programmaperiode mikt de LAG op veel, maar vooral duurzame projecten: “We zullen minstens één projectoproep per jaar lanceren. Afhankelijk van de beslissing van de LAG kan het gaan om algemene projectoproepen over alle prioritaire thema’s heen, of om zeer gerichte en specifieke oproepen. Er worden geen projecttypes uitgesloten. Wel zijn er per projecttype bijkomende specificaties. De verschillende projecttypes kunnen ingezet worden ongeacht de strategische doelstellingen die worden nagestreefd in de aanvraag.” In Vlaanderen konden de LEADER-gebieden voor maximum vijf projecttypes kiezen, telkens gekoppeld aan een maximum cofinancieringsbedrag: 

  • Investeringsprojecten
  • Dienstverleningsprojecten
  • Microprojecten
  • Koepelprojecten
  • Samenwerkingsprojecten (verplicht voor alle LEADER-gebieden in Vlaanderen)

Voor een LEADER-coördinator is het moeilijk om één project te noemen om trots op te zijn. Pierre-Bernard legt uit: “We hebben heel veel inspirerende projecten en ik heb een boon voor projecten die mensen verbinden. Projecten die zorgen voor een warme opvang van nieuwkomers of kwetsbare medeburgers, hebben mijn persoonlijke voorkeur. Al is het niet aan mij om het één of ander project voor te trekken. Voor de LAG zijn dergelijke projecten belangrijke bouwstenen van een leefbaar dorp. De laatste weken is er echter één project dat me sterk gecharmeerd heeft met zijn resultaten, namelijk ‘Fruitige voedselbossen’. Avansa Oost-Brabant, een vereniging die zich inzet voor een duurzame en inclusieve samenleving diende het project in. Binnen het project worden er vier voedselbossen door de buurtbewoners zelf ontworpen, aangelegd en beheerd. Ze doen dit met professionele ondersteuning van projectpartners. De plekken worden na aanleg ook gebruikt voor educatieve en recreatieve activiteiten. Het knappe is dat dankzij de verhalen rond die voedselbossen heel wat mensen, waaronder ikzelf, geboeid geraken door het thema.”

Pierre-Bernard geeft ook nog een tip: “ Binnen dit project hebben ze ook een meer dan schitterende podcast gemaakt. Een podcast met boeiende verhalen, warme stemmen en de kleuren en geuren van het rijke en mooie Hagelands platteland. Het beluisteren meer dan waard, ook als je niet van het Hageland bent!”

Uitdagingen

De Hagelandse LEADER-coördinator vertelt over wat hij de uitdagingen voor de komende jaren vindt. “Een project zal maximum 2,5 jaar kunnen lopen, startend op 1 januari van het budgetjaar. Dat is een jaar minder in vergelijking met de vorige programmaperiode. Voor de LAG- en de projectpromotoren zal de druk hoger zijn om de oproepen steeds op tijd te lanceren, of de projecten af te ronden. Zo zullen we de projectoproep voor budgetjaar 2025 al rond mei 2024 lanceren. Zo kunnen we zeker op tijd starten met de nieuwe projecten. De projectoproep voor budgetjaar 2023 en 2024 (samen) is reeds gelanceerd. Ik hoop dat de hogere druk niet ten koste zal gaan van de kwaliteit van de projecten.“

“Projectmakelaar- en ambassadeurschap worden ook heel belangrijk in deze nieuwe periode. Vlaanderen verwacht van alle Lokale Actiegroepen dat ze gemeenten, verenigingen en organisaties warm maken om projecten in te dienen. Het creëren of het opzoeken van netwerken rond LEADER-thema’s is dan zeker een piste om te bewandelen in de volgende programmaperiode. Mensen en groepen informeren van bij de start van projecten, blijft ook een belangrijk taak voor een LEADER-coördinator.”

Europa verwacht nog meer samenwerking binnen LEADER. En dit niet enkel binnen de lidstaat, maar ook daarbuiten. Pierre-Bernard beaamt: “Klopt, al is dit niet altijd even makkelijk. Wij gaan samenwerkingsprojecten met plezier tegemoet, maar dan graag wanneer er een connectie en wil is om samen te werken en uit te wisselen. Projecten enkel omdat het moet, of voor de schone schijn hoeven niet voor mij. Eind december vindt er een grote LEADER-conferentie plaats. Ter voorbereiding heb ik mijn LAG gevraagd rond welke thema’s ze willen samenwerken. ‘Lokale voedselstrategieën’ en ‘sociale economie’ kwamen als winnaars uit de bus. Ik hoop dus om een zaadje te kunnen planten voor één of meerdere inspirerende samenwerkingsprojecten tijdens dat event.” 

Pierre-Bernard Van Acker besluit dat hij een groot enthousiasme opmerkt in zijn Lokale Actiegroep, wat alleen maar doet dromen!

Veel succes de komende jaren aan LEADER-gebied Hageland+, en uiteraard ook aan de veertien andere LEADER-gebieden!

Delen: